Een jaar van gedoe. Of toch niet?
Het jaar loopt ten einde en jongens wat een maf jaar was dit. Een om een dik kruis door te zetten en niet meer aan terug te denken. Tenminste.. dat was wat als eerste in me op kwam toen me gevraagd werd om een terugblik. Het eerste dat bij 2020 in je op komt is toch corona. Maar nu ik er even voor ben gaan zitten denk ik er toch anders over. Ja, het was een maf jaar. En nee, het was geen jaar met enorme persoonlijke hoogtepunten. Maar stiekem is er toch veel gebeurd in een jaar dat zo’n beetje alles op z’n gat lag en is het goed om eens terug te kijken.
Ik heb er (g)een potje van gemaakt
Mijn gebruikelijke manier van terugkijken op het jaar is om door het jaar heen 2 glazen potjes met kleine briefjes te vullen. In het ene potje gaan briefjes met de leuke dingen die gebeurd zijn en in het andere gaan de minder leuke dingen. Op 31 december maak ik dan de potjes leeg en lees ik alle briefjes. Waarom ik dat doe? Omdat ik zo de kleine dingen weer herinner en er opnieuw blij van kan worden. Maar ook om de minder leuke dingen te relativeren. Meestal denk ik op die laatste dag van het jaar vooral “waar heb ik me in vredesnaam druk om gemaakt?”.
Dit jaar zijn de potjes beide leeg gebleven. En ik weet toch vrijwel zeker dat in januari en februari van alles gebeurd is. Zou ik een soort vooruitziende blik gehad hebben, dat dit jaar er een zou zijn om snel te vergeten?
Mijn terugblik op 2020 gaat dus zonder briefjes, uit het blote hoofd. Waar te beginnen? Ik weet dat ik dit jaar niet heel goed voor mezelf gezorgd heb. Door allerlei omstandigheden, niet alleen door de coronacrisis, al heb ik er toen wel een potje van gemaakt met eten (lees: snoepen).. Maar waar ik voorheen trouw twee keer per week naar fysio ging, vraag ik me nu af of hij nog weet wie ik ben. Oeps.. Les voor 2021: beter voor mezelf zorgen en mijn fysiotherapeut laten weten dat ik nog leef.
Geen thuiswerkperikelen voor mij
Voor veel mensen zal een terugblik op 2020 vooral getekend worden door thuiswerken. Nu kan ik zelf niet meepraten over de thuiswerkperikelen. Ik heb namelijk nauwelijks thuisgewerkt omdat dit mij nogal wat fysieke problemen zou geven. (Even tussen neus en lippen door: ik heb reuma. 3 vormen. Dus mijn Bingokaart is bijna vol. 😉) Voor iedereen is een ergonomische werkplek van belang maar voor mij heeft het vrijwel meteen grote gevolgen als ik niet ergonomisch kan werken. En mijn keukentafel.. nou ja, laten we zeggen dat die vooral dienst moet blijven doen als keukentafel.
Ik weet uit niet-eigen-ervaring dat thuiswerken je relatie niet altijd ten goede komt. De bouwmarkten werden gedurende de coronacrisis overspoeld met bezoekers en ik vroeg me toch stiekem af wie er achter al dat behang terecht zouden komen. Inmiddels zijn de meeste mensen er dusdanig aan gewend dat ze af en toe thuiswerken prima vinden, maar fulltime.. dat is geloof ik een ander verhaal. En ik geloof ze meteen.
Wel kantoorperikelen
Thuiswerkperikelen heb ik dus niet gehad. Wel kantoorperikelen. Van wennen aan een hele gang, op onze Human Campus, voor mij alleen, naar weer wat collega’s die mondjesmaat terugkomen in een coronaproof kantoor, naar vervolgens weer als Remi (bijna) alleen op kantoor. En alles heeft zo z’n voor- en nadelen.
Stiekem vond ik het in het begin heerlijk om (bijna) alleen op kantoor te zitten. Nauwelijks afleiding en ik kon lekker doorwerken. Vooral bij het schrijven of redigeren van teksten was dat een uitkomst. En dat soort klussen waren er genoeg. De tijd vloog voorbij en ik had een toptijd. Ik mocht zelfs een vertaalde brochure voor Stichting Downsyndroom redigeren en mijn naam kwam op de achterkant onder ‘redactie’. Hoe gaaf is dat?!
Het nadeel van deze toch wel heel stille tijd? Na verloop van tijd voel je je best een beetje eenzaam. Je mist je collega’s. Zelfs die ene die zo graag appels eet. We zijn mensen en hebben van nature gewoon behoefte aan face to face contact. Als dat privé en op het werk op een bijzonder laag pitje staat dan is dat niet best voor onze mentale gezondheid. Ik kan me helemaal voorstellen dat mensen zich écht eenzaam zijn gaan voelen. We houden met een goede reden afstand, maar contacten hebben is zo ontzettend belangrijk. Lang leve de videobel-functie van WhatsApp en Teams. Voor nu.
Er was ook even een tijd waarin we weer wat meer mochten. Voor even. En ik vond het best lastig om ineens weer met zessen in een kantoorruimte te zitten. Weliswaar op ruim anderhalve meter afstand, maar toch. Tegenstrijdig, ik weet het..
Over m’n focus kan ik al helemaal weinig positiefs zeggen.. Een kuchje, een telefonerende collega en het eten van een appel.. irritant! Maar stiekem was ik toch wel blij ze weer te zien. Leuke mensen en gewoon wat sociale contacten op de werkvloer. Zoals het hoort. En ja, soms kletsten we even net wat langer dan zou moeten onder werktijd maar we hadden het allemaal even nodig.
Kommer en kwel of aanpassingsvermogen?
Wennen dus. En continue aanpassen. Maar als je terugkijkt ging dat eigenlijk nog niet zo verkeerd. Op het moment dat je er middenin zit is het gevoelsmatig allemaal kommer en kwel maar nu.. nu merk ik dat we best goed instaat zijn om ons aan te passen. Ik ben mezelf ook wel tegengekomen hoor. Een stukje kantoor-eenzaamheid maar ook negatief denken, zorgen om de gezondheid van dierbaren en klagen. Ik deed er volle bak aan mee. Deed, welteverstaan.
Verzetten tegen verandering heeft namelijk geen zin, je moet mee, of je wil of niet. Natuurlijk bleef ook ik kritische vragen stellen, te beginnen met: Moeten m’n ouders nou echt naar buiten? Ja echt, ik had ze in het begin het liefst opgesloten op de zolder. Maar ook zaken als: Moet echt iedereen thuiswerken? Zijn uitzonderingen op een veilige manier mogelijk? Wat als ik verkouden word en thuis móet werken? Wat kan ik, in uiterste nood, dan wel? Wat heb ik dan nodig? Hoe kom ik daar dan aan? Ik bedacht de mogelijke scenario’s en wat dit voor mij en mijn werk zou betekenen.
Op naar 2021
Uit het verzet dus. Met een open maar alerte mind. Met hier en daar echt nog weleens een baaldag en gemis van collega’s om me heen. Ik zal zeker nog weleens klagen, ik blijf mens. Maar mijn blik is nu vooral gericht op wat wel kan.
Ik typ dit in een kantoorruimte, geschikt voor een man of 25, waar ik nu in m’n uppie zit. En ik geniet van de rust om me heen, wetende dat ik morgen weer fijn een paar collega’s om me heen heb. Ik ben extra blij met m’n ergonomisch verantwoorde werkplek en met de mogelijkheden die ik heb.
Dat wil ik dan ook meenemen naar 2021, die dankbaarheid voor wat wél kan. En nee, ik word geen geluks-goeroe die roeptoetert dat je altijd maar blij en dankbaar moet zijn. Integendeel. Ik zeg: ben af en toe chagrijnig tot en met, klaag, eet een bak ijs leeg uit pure frustratie, ben bang voor het onbekende, duw die emoties niet weg maar ben gewoon mens. Je wordt vanzelf moe van de negativiteit en herpakt jezelf weer. Echt waar. En duurt zo’n negatieve bui echt te lang? Trek dan aan de bel bij iemand die je vertrouwt. Maar ben in de eerste plaats mens. Inclusief de mindere kanten.
Wanneer je valt ga je ook gewoon op je snufferd en sta je daarna weer op. Ik zie negatieve buien net zo.
Ik wens je vanuit mijn luxe kantoorplekje een mooi 2021. Met contacten waar je blij van wordt, een goede gezondheid maar ook met wat gemopper want dat mag best.